Gemeenschappelijke regeling Regionale samenwerking decentralisaties sociale domein


Risicoprofiel
Deze gemeenschappelijke regeling, een Regeling Zonder Meer (RZM), is een lichte regeling, die tot stand komt door een overeenkomst tussen de deelnemende gemeenten. De regeling is een samenwerkingsverband dat geen grote risico’s kent. Omdat onder deze regeling een dienstverleningsovereenkomst, mandaten, inkoopcontracten met zorgaanbieders liggen waar veel geld in omgaat, wordt deze regeling in het middelgroot risicoprofiel ingedeeld. Daarnaast gaan de decentralisaties gepaard met bezuinigingen

Risicoanalyse

Ontwikkelingen

(Markt) ontwikkelingen

De RZM, een lichte variant van een gemeenschappelijke regeling, betreft de afspraak tot samenwerking op twee onderdelen van de drie decentralisaties (Jeugdhulp en Wmo) met de 7 andere gemeenten in Zaanstreek-Waterland (Beemster, Edam-Volendam, Landsmeer, Oostzaan, Purmerend, Waterland en Wormerland). De regiogemeenten hebben hiervoor mandaat/volmacht verleend aan de gemeente Zaanstad om namens hen de inkoop te organiseren, overeenkomsten aan te gaan en het contractmanagement uit te voeren. Om deze samenwerking in de praktijk te realiseren, heeft de gemeente Zaanstad vanaf 2014 met de regiogemeenten een Dienstverlenings- en samenwerkingsovereenkomst “Regionale Inkoop Sociale Domein” (DVO) afgesloten. De huidige DVO is geldig voor de periode 2016 tot en met 2018. Voor de Wmo voert Zaanstad het contractmanagement uit van de Basis- en Deelovereenkomsten op basis van de gevolgde Bestuurlijke aanbesteding. In 2015 is de samenwerking geëvalueerd. De gemeenten Purmerend en Beemster hebben toen besloten om ten aanzien van de Wmo vanaf 1 januari 2016 zelf hun inkoop- en contractmanagement te organiseren. De gemeente Edam-Volendam (waar gemeente Zeevang vanaf 1 januari 2016 in is opgegaan) doet met ingang van 1 juli 2016 zelf het inkoop- en contractmanagement t.a.v. de Wmo 2015. Deze wijzigingen zijn verwerkt in de nieuwe DVO. De uitgetreden gemeenten willen de zorg dichter op hun inwoners organiseren. Voor de Jeugd regelt Zaanstad het contractmanagement van de Regionale raamovereenkomsten die de regio Zaanstreek-Waterland samen met de regio Amsterdam-Amstelland heeft afgesloten.

Financiële positie

Niet van toepassing, Regeling Zonder Meer is geen rechtspersoon

Risico's

Regeling Zonder Meer is een algemeen bestuurlijk kader. Concrete taken en bevoegdheden zijn opgenomen in de DVO en overeenkomsten die met zorgaanbieders zijn afgesloten. Daar kunnen risico’s uit voortvloeien, zoals:

  • de deelnemende gemeenten die een mandaat/volmacht verlenen aan de gemeente Zaanstad kunnen dit te allen tijde, zij het met een opzegtermijn van zes maanden, intrekken;
  • volgens de DVO kan gemeente Zaanstad aansprakelijk worden gesteld als zij haar inkooptaken op basis van de DVO niet deugdelijk uitvoert;
  • een (of meer) deelnemende gemeente(n) kan (kunnen) besluiten om uit de RMZ te treden of/en de DVO beëindigen. Dit kan financieel nadelig zijn voor Zaanstad, omdat Zaanstad het inkoop- en contractmanagement regelt en niet altijd binnen de opzegtermijn van haar verplichtingen af kan (personeel);
  • de achterblijvende deelnemende gemeenten kunnen: imagoschade lijden, geen uniforme inkoopwijze in de regio meer uitvoeren, ect.;
  • uit de overeenkomsten die met de zorgaanbieders zijn afgesloten kunnen eventuele financiële/juridische risico’s voortvloeien (aanbieder presteert niet, niet deugdelijk of hij gaat failliet).

Beheersing

Maatregelen

Er is in samenwerking met het Nederlands Adviesbureau Risicomanagement een traject Risicomanagement uitgevoerd, waarbij per contractpartner de (contractuele) risico’s en beheersmaatregelen in beeld zijn gebracht.
De aansprakelijkheid van Zaanstad ingeval van het niet-deugdelijk uitvoeren van de DVO is beperkt tot het bedrag dat voor de dienstverlening is ontvangen van de omliggende gemeenten, te weten 40% van de totale kosten (voor 2016 € 720.000).
DVO-partijen hebben regelmatig contact met elkaar. Zodoende ontvangt Zaanstad regelmatig feedback op haar optreden als regionale inkoop- en contractmanager.
Ook reguliere gesprekken met zorgaanbieders over de voortgang en kwaliteit van dienstverlening beperken het risico op een onverwachte beëindiging van overeenkomsten en schadeclaims die daaruit kunnen ontstaan.