1. Inleiding

Het gaat op veel fronten goed met de stad. De groei van de economie in onze regio is hoger dan waar ook in Nederland. Een gestage aanwas van inwoners, dus een grote vraag naar woonruimte en veel vertrouwen bij ontwikkelaars en bouwers, stuwen de woningbouw en gebiedsontwikkeling weer omhoog. Zaanstad staat op de kaart met de vroege experimenten met sociale wijkteams en de noodopvang van vluchtelingen. Het vernieuwde centrum is een gedurfd visitekaartje van de stad naast ons industrieel erfgoed. De aantrekkingskracht op toeristen blijft groeien. De beperkte middelen hebben ons creatief gemaakt, en dat werpt zijn vruchten af.

Na een aantal jaar behoedzaam opereren, kunnen we nu echt verschil maken door de ontwikkeling van de stad een extra impuls te geven. We zijn heel blij dat veel mensen meedenken en -praten over hoe die ontwikkeling eruit moet zien. Daar is een ambitieus plan uit voortgekomen: MAAK.Zaanstad. We investeren fors in de kwaliteit van wonen en leven. Dat doen we onder andere door verbetering van de openbare ruimte, voorzieningen, warmtenet, aanpak funderingsproblematiek en betere bereikbaarheid. Dit alles zodat Zaankanters makkelijker een gezond, betaalbaar en energieneutraal huis in een fijne buurt vinden. Om dit voor elkaar te krijgen, is vaker dan we eerder dachten een actieve rol van de gemeente nodig. Op plekken waar de mogelijkheden groot zijn om de leefkwaliteit te verbeteren en nieuwe woningen te bouwen, investeren we ook zelf als we daarmee andere partijen verleiden om ook in te stappen. Daarvoor introduceren we in deze begroting het Transformatiefonds.

Dat de wereld ongekend snel verandert zien we terug in Zaanstad. Als gemeentelijke overheid moeten we daarop anticiperen en aansluiten. Dat de snel veranderende samenleving niet voor iedereen positief uitvalt merken we dagelijks. Daarom zetten we de komende jaren fors in op de begeleiding van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. We investeren in het vroegtijdig opsporen en preventie van zorg- en ondersteuningsvragen. Het signaleren en vóórkomen van onrust in de samenleving krijgen bovendien prioriteit.

    1. Investeren in mensen

Inwoners doen naar vermogen mee in de stad. Steeds meer Zaankanters nemen zelf initiatief, bijvoorbeeld bij het schoonhouden van straat en groen in hun buurt, bij de begeleiding van vluchtelingen, als mentor of mediator of als initiatiefnemer van activiteiten of ontwikkelingen in de buurt. De gemeente sluit hier steeds beter op aan. De kracht van de samenleving benutten we bij het oplossen van vraagstukken.

De onzekerheid neemt bij veel mensen toe, zeker nu zo zichtbaar en toch onverwacht veel banen en zelfs hele (vooral midden) sectoren verdwijnen. Daarom zet de gemeente samen met de regio fors in op werk. Samen met Purmerend zetten we een participatiebedrijf op voor bemiddeling naar werk en het bieden van leerwerkbanen. De begeleiding naar (vrijwilligers)werk en inkomensvraagstukken worden integraal uitgevoerd in de sociale wijkteams. Zo kunnen we beter maatwerk leveren. We stimuleren werkgevers in de Zaanstreek en omgeving werkplekken te behouden of te creëren voor mensen die moeilijk aan het werk komen. Als een van de grote werkgevers in de stad, geven we natuurlijk het goede voorbeeld.

Een aantal huishoudens in Zaanstad zit financieel erg klem doordat zij het herstel van hun fundering wel willen, maar niet kunnen financieren. De gevolgen daarvan zijn groot. Verbetering en isolatie van de woning blijven uit en de staat van onderhoud blijft achter. Dit komt milieu en gezondheid niet ten goede. Bovendien zijn vaak buren de dupe als iemand in het blok niet meedoet met herstel van de funderingen. De gevolgen voor de leefbaarheid in de straat zijn groot op veel plekken. Hierom kiest de gemeente ervoor om samen met het rijk en banken een grotere rol te spelen bij het helpen van mensen die hier niet uit kunnen komen. Deze aanpak moet ook bijdragen aan onze ambitie om de (energie)lasten van alle inwoners fors te verlagen.

Voorkomen blijft beter dan genezen. We investeren in deze begroting fors meer in Jeugd. Jeugd en gezondheid zijn de komende jaren speerpunten als het gaat om preventie. Vele sportaccommodaties staan er prachtig bij, wat extra uitnodigt om te gaan sporten. Dat en goede voorlichting dragen bij aan gezond opgroeien en leven in Zaanstad. Om belemmeringen bij gezond en veilig opgroeien eerder weg te nemen, breiden we de capaciteit bij de jeugdteams uit en versterken de samenwerking met het onderwijs en de andere partners hierbij. Waar het gaat om overlast stellen we grenzen en betrekken de jongeren en omwonenden bij oplossingen. Goed onderwijs biedt later meer kansen op de arbeidsmarkt. Mede daarom houden we de Zaanse zomerschool in stand. De nieuwe Nederlanders willen we zo snel mogelijk een plek geven in onze samenleving, daarom ondersteunen wij hen integraal bij taal, wonen, werk, opleiding en meedoen in de stad.

In de zorg slagen we er steeds beter in aansluiting te vinden bij de leefwereld van de mensen waar het om gaat. Dat is de transformatie van het maatschappelijk domein, waar we middenin zitten. De lokale teams zijn goed op stoom, en inwoners weten steeds beter de weg te vinden. De komende jaren is meer capaciteit nodig zodat we stappen verder vooruit kunnen zetten en we de administratieve processen verder kunnen vereenvoudigen. Onze inzet is dat onze inwoners eigenaar zijn van hun eigen ondersteuningstraject en bijbehorende informatie. Dit bevordert de transparantie, is privacyproof en genereert uiteindelijk meer tijd voor het echte gesprek.

Transformeren doen we niet alleen op het maatschappelijk, maar ook binnen het ruimtelijk domein. Vooruitlopend op de komst van de omgevingswet, oefenen we met werkwijzen om inwoners en gebruikers beter te faciliteren bij hun initiatief. We zorgen bijvoorbeeld dat hun informatiepositie gelijk is aan die van de gemeente en proberen beter aan te sluiten op de opgaven die de samenleving bezig houdt.

    1. Investeren in de stad

Met mondiale ontwikkelingen en veranderingen in de samenleving verandert onvermijdelijk ook de stad. We zien dat al concreet gebeuren met het verdwijnen van het middensegment van de detailhandel op de Gedempte Gracht, de komst van vluchtelingen, het effect van vlogs en sociale media en de impact die een conflict in Turkije heeft op de Zaanse gemeenschap. Het aantrekken van het aantal toeristen in Zaanstad en de groei van Airbnb zijn hiervan andere voorbeelden. Niemand weet precies hoe de veranderingen vorm gaan krijgen, maar verandering komt er. Sommige veranderingen omarmen we en anderen leveren nieuwe vraagstukken, complexe vraagstukken vaak. Zaanstad wacht niet af. Waar problemen ontstaan, gaan we in gesprek, stellen grenzen, treden op en brengen alle partijen bij elkaar die een constructieve bijdrage kunnen leveren. Voor andere ontwikkelingen bepalen we samen met de stad de strategie: meebewegen, remmen of stimuleren.

Met MAAK.Zaanstad hebben we met elkaar een forse stap gezet: we hebben een ontwikkelrichting bepaald, kansrijke gebieden voor onze ambitie gelokaliseerd en de benodigde investeringen in beeld gebracht. Continu zullen we in gesprek met elkaar (stad en gemeente, raad en college) moeten reflecteren op de ontwikkeling van de stad, kijken wat stappen wel en niet teweeg brengen en onze strategie aanpassen. We hebben daarom ook geen blauwdruk of een investeringskalender, maar een investeringsstrategie.

De ambitie van MAAK.Zaanstad is om te investeren in de kwaliteit van leven in de bestaande stad, de verbinding met Amsterdam en de ruimte voor de woningbouwopgave binnen de bestaande bouwcontouren zoeken. Bij de kwaliteit van de stad gaat het de komende periode om:

  • het intensiveren van de aanpak van slechte funderingen (van circa 125 naar 300 woningen per jaar),
  • inzet op een lokaal warmtenet, van gas naar elektrisch en aansluiting op initiatieven van bewoners, zodat de stad daadwerkelijk in 2030 volledig op duurzame energie draait,
  • meer ruimte voor langer zelfstandig wonen van ouderen en mensen met een beperking en
  • van 600 naar 1.000 nieuwbouwwoningen per jaar.

Om dit mogelijk te maken zijn de huidige instrumenten niet toereikend. Ondanks grote belangstelling van ontwikkelaars om in Zaanstad te bouwen, komen verschillende ontwikkelingen niet van de grond Door bijvoorbeeld complexe binnenstedelijke ligging of vervuiling in de grond is er sprake van een onrendabele top. Tegelijkertijd weten we dat nieuwe woningen de stad veel opleveren, ook aan inkomsten voor de gemeente. Door een wijziging in de gemeentelijke begrotingsvoorschriften ontstaat tijdelijk ruimte in de begroting. Deze administratieve verandering biedt tijdelijk de mogelijkheid om onszelf als het ware geld te lenen om de onrendabele top te financieren (het Transformatiefonds). Dit kan alleen voor investeringen die nieuwe woningen opleveren, want we moeten er zeker van zijn dat het geld weer terugvloeit in de begroting . Hiermee kunnen we als gemeente de komende jaren echt verschil maken en de woningbouw goed op gang brengen.

Kwaliteit betekent ook een goede bereikbaarheid van en in de stad. Dat vraagt oplossingen voor de spoorse doorsnijding van de stad, de toegangsknooppunten als Thorbeckeweg en Prins Bernardplein en de verbinding met Amsterdam via openbaar vervoer en fiets. Dit vraagt enorme investeringen, van ons én anderen. Door bij de plannen breder te kijken dan de infrastructuur alleen, willen we andere overheden en partijen enthousiasmeren mee te investeren.

Naast investeringen in de hele stad kiezen we met MAAK.Zaanstad voor een gebiedsgerichte aanpak. We kiezen voor gebieden die een ontwikkeling op gang brengen en waarde toevoegen voor de hele stad. Bovendien is in die gebieden veel mogelijkheid (en wenselijkheid) om woningen toe te voegen en de openbare ruimte te verbeteren.
De focusgebieden zijn:

  • Centrum: Met Inverdan is het centrum van Zaanstad nog niet af. Gesprekken rond MAAK.Zaanstad geven aan dat pas met de ontwikkeling van de gebieden om het centrum zoals de Burcht, het sluisgebied, de Westzijde en de Russische buurt het centrum ‘af’ is.
  • Krommenie/Wormerveer: Voor toeristen is Wormerveer met o.a. de Zaanbocht een onontdekte parel. Er liggen voor Brokking, Noordeinde en Meneba mooie ontwikkelkansen die we de komende jaren echt van de grond willen krijgen. Met maatwerk en samenwerking met omliggende eigenaren willen we als gemeente dat verschil maken dat nodig is om de locaties nu snel in ontwikkeling te krijgen, zodat het in meerdere opzichte kwaliteit en kwantiteit toevoegt aan Zaanstad.
  • Kogerveld – Koog Zaandijk: Dit gebied kent grote opgave waar het gaat om versterken kwaliteit woningen en openbare ruimte en heeft mogelijkheden om woningen te bouwen. De aanwezigheid van het ziekenhuis, de Zaan en de goede bereikbaarheid via weg en spoor maken dit gebied aantrekkelijk voor ontwikkeling. Kan Palen, de Hemmes en de verbetering van de openbare ruimte zijn belangrijke aanjagers voor ontwikkeling.
  • De Achtersluispolder/Poelenburg: dit gebied biedt uitgelezen mogelijkheden om in aansluiting op de ontwikkeling van de IJ-oevers van de hoofdstad, samen met de gemeente Amsterdam te transformeren tot een aantrekkelijk duurzaam woon-, werk- en leefgebied. De Thorbecke weg splijt nu de Achtersluispolder en Poelenburg. Beide gebieden profiteren van een betere verbinding.   
    1. Investeren in besturen en organiseren

Op verschillende plekken kwam het al aan de orde: de samenleving verandert snel, daarmee de rol van de overheid. Dit vraagt van onze medewerkers dat zij meer dan ooit wendbaar zijn, niet alleen om de vraagstukken van vandaag te kunnen hanteren, maar ook om de wereld en het werk over vijf jaar aan te kunnen. Van ons als werkgever vraagt dit blijvend investeren in onze mensen door ruimte te geven aan opleiding, traineeships en detacheringen naar andere afdelingen of gemeenten. Medewerkers nemen ook zelf veel initiatief via bijvoorbeeld de summerschool, de meester in je werkweek en het Leren-lef-leiderschap-traject. We maken veel meer verbinding met mensen in de stad. Door te reflecteren op vraagstukken, ontdekken we beter wat voor bewoners echt belangrijk is en hoe het meeste verschil te maken.

Wij als bestuur kennen uiteraard ook een opgave. De VNG-commissie Toekomstgericht Lokaal Bestuur roept ons als gemeente op beter aan te sluiten op de veranderingen in de samenleving, waarbij de opkomst van de participatieve democratie een hele ingrijpende is. Aanbeveling is om net als we nu op andere terreinen al doen, ook in het openbaar bestuur meer verschil te maken. Verschillende situaties vragen andere vormen. Verschillende vraagstukken vragen andere schaalniveaus. Bij ons is dat komende tijd zeer actueel met de samenwerking binnen de Metropoolregio Amsterdam, daar zijn we in gesprek over vormen van samenwerking voor verschillende vraagstukken en de borging van de rol van de raden en betrokkenheid inwoners. Genoeg aanleiding om te investeren in een dialoog tussen raad, college en organisatie.

    1. Financiële hoofdlijnen

Meerjarenraming 2017-2020

Uitgangspunt voor de meerjarenbegroting 2017-2020 is het financieel perspectief uit de Kadernota 2017-2020. De ontwikkelingen na de gepresenteerde stand in de Kadernota worden hierna op hoofdlijnen toegelicht. De begrotingswijzigingen zijn per programma in deze begroting te raadplegen.

Op deze beginstand is in het jaar 2020 een correctie doorgevoerd van € 1,1 miljoen vanwege structurele posten die als incidenteel zijn opgevoerd. Bij de Kadernota 2017 was hiervoor onvoldoende gecorrigeerd. Daarnaast zijn de financiële gevolgen van amendement 50A verwerkt. Hierdoor vervalt de reservering voor het ondernemersfonds in de kadernota.

Onderstaand overzicht laat zien dat het College uw Raad een meerjarig sluitende begroting kan presenteren.

(Bedragen * € 1.000)

2017

2018

2019

2020

Stand Kadernota 2017-2020

0

250

250

-66

Correctie beginstand

0

0

0

1.074

Amendement 50A (vervallen res. ondernemersfonds)

-160

-160

-160

-160

Autonome ontwikkelingen

343

-955

-494

-1.082

Actualisatie staand beleid

378

-334

-23

-78

Intensivering staand en nieuw beleid

349

-802

-1.192

-240

910

-2.001

-1.619

-552

Egaliseren begrotingssaldo

-910

910

0

0

Stand Begroting 2017

0

-1.091

-1.619

-552

Tabel 1 meerjarenraming 2017-2020

Inzet vrije ruimte
Het financieel meerjarenbeeld sluit over 4 jaar met een positief saldo van € 3,3 miljoen. Vooral de jaren 2018 en 2019 laten incidentele ruimte zien. In dit beeld is, naast de financiële gevolgen van autonome ontwikkelingen en actualisaties van staand beleid, een aantal aanvullende beleidskeuzes verwerkt. De aanvullingen zijn vooral specifieke investeringen in mensen, in jeugd en onderwijs. Investeringen die direct aansluiten bij de ambities van onze gemeente. De resterende ruimte wordt nu niet ingezet voor nieuw beleid. Gezien de financiële onzekerheden waar de gemeente mee te maken heeft, is behoedzaamheid geboden. In dit kader wordt gewezen op twee belangrijke ontwikkelingen:

  • Er lopen enkele besluitvormingsprocedures die van invloed zijn op de financiële

positie van de gemeente. Zo is er nog geen duidelijkheid over de bekostiging van het vluchtelingenvraagstuk en de dekking voor de gemeentelijke kosten die het Rijk gaat vergoeden en ook het verdeelmodel van de Participatiewet (BUIG) is nog in beweging. Dichterbij, is de hoogte van de bijdrage van Zaanstad aan de Omgevingsdienst nog niet definitief vastgesteld.

  • In 2017 vinden de Tweede Kamer verkiezingen plaats. Een nieuw coalitieakkoord kan

gevolgen hebben voor de financiële positie van gemeenten. Het CPB heeft hier onlangs al een schot voor de boeg voor gegeven met een algemene korting van € 100 miljoen bovenop de opschalingskorting voor gemeenten.

Achtereenvolgens worden hierna de autonome ontwikkelingen, de actualisaties van staand beleid en de nieuwe beleidskeuzes of intensiveringen van staand en nieuw beleid nader toegelicht.

Autonome ontwikkelingen

(Bedragen * € 1.000)

2017

2018

2019

2020

Algemene uitkering gemeentefonds

-327

-2.017

-1.336

-1.940

Rijksbijdrage Participatiewet (BUIG)

210

180

-60

130

Loon- en prijsbijstelling

320

296

292

283

Correctie bouwleges Kadernota

202

630

630

430

Leges en tarieven

-63

-45

-20

-15

343

-955

-494

-1.082

Tabel 2 Autonome ontwikkelingen 2017-2020

Algemene uitkering gemeentefonds

De berekening van het algemene uitkering van het gemeentefonds geeft voor Zaanstad een positief beeld. Dit wordt veroorzaakt doordat er voordelen worden gerealiseerd op de aantallen van diverse maatstaven, waaronder inwoners, minderheden en woonruimten. Deze aantallen stijgen in Zaanstad sneller dan het landelijk gemiddelde met positieve herverdeeleffecten als gevolg. Voor een gedetailleerde toelichting verwijst het College naar de raadsinformatiebrief 2016/35902, waarin uw raad voor het zomerreces is geïnformeerd over de financiële gevolgen van de meicirculaire gemeentefonds. Ten opzichte van de gepresenteerde cijfers in deze brief heeft nacalculatie op basis van de meest recente informatie geleid tot een nog iets gunstiger beeld.

Participatiewet (BUIG)
Het verdeelmodel dat het Rijk hanteert voor de participatiewet (BUIG) is nog volop in ontwikkeling. Dat geeft onrust in het begrotingsbeeld. Om rust te scheppen wordt de BUIG kostenneutraal in de begroting opgenomen. Met deze begrotingsbijstelling worden de lasten en baten voor de komende jaren gelijk geraamd, waarbij de lasten leidend zijn.

Loon- en prijsbijstelling
Bij de Kadernota zijn de loon- en prijsindices vastgesteld en in het meerjarenbeeld doorgerekend. Bij de Begroting vindt hierop een kleine correctie ten gunste van de begrotingsruimte plaats. Daarnaast is een structurele verhoging van de lasten met € 325.000 verwerkt. Dit is het gevolg van het besluit van het ABP om de pensioenpremies te verhogen. Dit besluit uit april j.l. kwam te laat om nog in de Kadernota mee te kunnen nemen.

(Bouw)leges en tarieven
In de Kadernota zijn hogere legesopbrengsten geraamd als gevolg van de toename van de woningbouwproductie. Daarbij is verondersteld dat bijkomende kosten opgevangen konden worden binnen de bestaande financiële ruimte. Gezien de huidige werkdruk binnen het vergunningencentrum en de reeds ingevulde personele taakstelling ad € 0,5 miljoen (Kadernota 2014) is deze veronderstelling niet juist gebleken. De bijstelling van de begroting betreft de kosten om de capaciteit mee te laten groeien met de toename van de leges.

De raming van de opbrengsten uit leges en tarieven is op diverse punten aangepast. Zo zijn de leges burgerzaken en voor zakelijke vergunningen omlaag bijgesteld en zijn er wijzigingen doorgevoerd in de toerekening van diverse kosten aan de afvalstoffenheffing en rioolheffing. Het geheel resulteert in een beperkte positieve bijstelling van het meerjarenbeeld. Voor een uitgebreide toelichting op de wijzigingen wordt verwezen naar de paragraaf lokale heffingen en het seperate voorstel tarieven en leges dat bij de begroting ter vaststelling aan de raad wordt aangeboden.

Actualisatie staand beleid

(Bedragen * € 1.000)

2017

2018

2019

2020

Actualisatie diverse begrotingsposten

378

-334

-23

-78

Tabel 3 Actualisatie staand beleid 2017-2020

Voor enkele begrotingsposten worden (meerjarig) de budgetten aangepast als gevolg van vertraging in uitvoering, nieuwe inzichten of vernieuwing huurcontracten. Het betreft in dit geval geen nieuwe beleidskeuzes, maar een aanscherping van de meerjarenraming op basis van de uitvoering van staand beleid. De effecten groter dan € 0,1 miljoen worden toegelicht.

De verhuuropbrengsten van gemeentelijk vastgoed zijn naar boven bijgesteld, mede door de vanaf 2019 op te leveren onderwijsgebouwen (- € 0,1 miljoen in 2018 en 2019). De opening van het Cultuurcluster is verschoven van 2018 naar najaar 2019. Daarmee kunnen ook de begrote subsidies en verhuuropbrengsten, maar ook de eenmalige vergoeding voor de beheerorganisatie worden doorgeschoven (- € 0,5 miljoen in 2018).

De uitgaven voor het inlopen van onderhoudsachterstanden op sportaccommodaties en de bijdragen aan sportprojecten zijn lager dan begroot. De onttrekkingen uit de hiervoor ingestelde reserve sport worden daarom naar beneden bijgesteld (+ € 0,2 miljoen in 2017 en 2018).
Topsportcentrum De Koog is in juli 2016 opgeleverd en wordt binnenkort in gebruik genomen. De exploitatie blijkt per saldo € 0,1 miljoen duurder dan begroot. De meerjarenraming is hierop aangepast.

Intensivering staand en nieuw beleid

Investeren in mensen
In het maatschappelijk domein worden de komende jaren extra middelen ingezet onder de noemer ‘slim investeren’. Voor 2017 bedraagt het extra budget € 7,3 miljoen. Daarbij komt de nadruk veel meer te liggen op preventie, waardoor we problemen voorkomen of eerder aanpakken en een beroep op zwaardere ondersteuning zoveel mogelijk voorkomen. De middelen worden ingezet op verschillende sporen:

  • Versterken frontlijn, onder andere door extra te investeren in preventie via de

Jeugdteams (€ 2 miljoen in 2017)

  • Impuls uitvoering Participatiewet, onder andere door verbreding van de

toegangsfunctie van de Sociaal Wijkteams (€ 2,3 miljoen in 2017)

  • Vereenvoudiging van processen, zodat deze simpeler worden en meer aansluiten bij

de leefwereld van inwoners (€ 1,5 miljoen in 2017)

  • Versterken van de uitvoeringscapaciteit, zodat we echt maatwerk kunnen leveren

(€ 1,5 miljoen in 2017)

Voor de taken die hiermee samenhangen heeft de gemeente budgetten opgenomen in de meerjarenbegroting.

Door toenemende ervaring sinds de decentralisaties per 1 januari 2015 kan de gemeente steeds gerichter de beschikbare middelen inzetten. Dat heeft in de meerjarenraming 2017-2020 geleid tot enkele herverdelingen, vooral binnen het programma Jeugd en Zorg. Zo vindt bijvoorbeeld een verschuiving plaats van fysieke Wmo-voorzieningen (waar de laatste jaren minder behoefte aan is) naar integrale zorg-arrangementen op maat (daaronder vallen bijvoorbeeld hulp bij het huishouden en begeleiding). Verder is de begrotingsruimte voor de Persoonsgebonden Budgetten naar beneden bijgesteld wegens een dalende vraag. Bij Jeugd hebben vooral nieuwe contracten met specialistische zorgaanbieders geleid tot aanpassingen. Bij de contracten met de Jeugdteams ligt de nadruk op het voorkomen van zwaardere zorg. De bijstellingen binnen de budgetten voor Jeugd en Zorg betreffen verschuivingen en zijn per saldo neutraal.

Vluchtelingen

In het Bestuursakkoord Verhoogde instroom Asielzoekers zijn door het Rijk en gemeenten in november 2015 afspraken gemaakt om in te spelen op het groeiende aantal asielzoekers. Vervolgens is in april 2016 een Uitwerkingsakkoord gesloten tussen het Rijk en de VNG waarbij aanvullende (financiële) afspraken zijn gemaakt met betrekking tot de integratie van statushouders. Over de nadere uitwerking van de extra middelen voor gemeenten zijn Rijk en VNG echter nog in gesprek. De exacte financiële regeling vanuit het Rijk wordt in het najaar 2016 verwacht. De belangrijkste kosten betreffen begeleiding naar (arbeids)participatie waarbij wordt ingezet op duale trajecten, extra begeleiding van jonge alleenstaande vluchtelingen, impuls aan het gebruik van VVE, innovatieve oplossingen voor huisvesting en bijbehorende begeleiding, en jeugdgezondheidszorg. Hiervoor is tot nu toe een bedrag van bijna € 0,6 miljoen in het Uitwerkingsakkoord structureel beschikbaar gesteld, welke in deze begroting is verwerkt. De huidige inschatting is dat we de kosten kunnen opvangen binnen de budgetten die het Rijk ter beschikking stelt.

Maak.Zaanstad
In juni 2016 stelde de gemeenteraad MAAK.Zaanstad vast, Bij de Kadernota 2017 is besloten om uit de rekeningresultaten 2014 en 2015 een bedrag van € 14,6 miljoen voor de uitvoering hiervan te reserveren. Nu bij de Begroting 2017 wordt dit bedrag aangevuld met € 12,25 miljoen uit het Investeringsfonds, waardoor in totaal bijna € 27 miljoen beschikbaar is.

MAAK.Zaanstad investeert in de hele stad. Duurzaamheid, woningbouwopgave, kwaliteit van de bestaande woningvoorraad en bereikbaarheid van en in de stad zijn ambities, die cruciaal zijn voor het welslagen van MAAK.Zaanstad. Om onze investeringen maximaal te laten renderen, kiezen we in MAAK.Zaanstad voor een gebiedsgerichte benadering; de MAAK.Gebieden. Gedachte daarachter is dat juist in de MAAK.Gebieden aangesloten kan worden bij sterke punten, al bestaande kwaliteiten, maatschappelijke initiatieven en kansen. Als we onze energie op die gebieden richten, is het rendement het grootst. Tegelijk maken we op die manier de verandering het meest zichtbaar, waar andere delen van de stad weer op aansluiten of zich door laten inspireren.

De investeringen laten zich rubriceren in drie groepen. Een deel van de investering is gericht op kwalitatieve versterking van de bestaande stad, door extra in te zetten op kKwaliteit bestaande woningvoorraad, de Zaanse Energie Agenda en de bereikbaarheid van en in de stad. Een tweede deel wordt ingezet om de woningbouwproductie te versnellen en te vergrotingen. Voor dit deel wordt het Transformatiefonds ingezet. En er zijn investeringen die samenhangen met de inzet in de vier MAAK.Gebieden (Centrum Zaandam, Krommenie-Wormerveer, Achtersluispolder-Poelenburg en Kogerveld-Koog Zaandijk). Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de paragraaf Investeringen.

Investeringsfonds
Naast de bijdrage van € 12,25 miljoen aan MAAK.Zaanstad zijn er twee nieuwe investeringen die uit het Investeringsfonds worden bekostigd. Het betreft een bijdrage van € 0,15 miljoen voor het opwaarderen van de lift en trap bij het sluizencomplex Wilhelminasluis. De trap en lift zijn de verbinding tussen straatniveau en waterniveau, waardoor de ter plaatse aanmerende riviercruise-boten bereikbaar worden. Door de opwaardering worden de trap en lift in het monumentale ensemble van het sluizencomplex opgenomen en aangesloten op de historische uitstraling van de directe omgeving. De tweede investering betreft een bedrag van € 0,2 miljoen voor de aanleg van 10 extra laadpalen voor elektrisch vervoer.

Actualisatie kapitaallasten en vorming Transformatiefonds
Zoals elk jaar zijn ook voor de begroting 2017 de kapitaallasten geactualiseerd. De rente-effecten en de vertraging in de investeringen bij het Cultuurcluster en onderwijsgebouwen leiden tot lagere kapitaallasten, vooral in de jaren 2018 en 2019. De meerjarenraming sluit zodoende aan op de meest recente gegevens en planning van de investeringsuitgaven.

Daarnaast treedt voor investeringen een belangrijke wijziging in de gemeentelijke begrotingsvoorschriften (Besluit Begroting en Verantwoording (BBV)) in 2017 in werking. De wijziging betreft het verplicht activeren van investeringen met een maatschappelijk nut, zoals investeringen in openbare ruimte en infrastructuur. Zaanstad doet dit nu (nog) niet voor al dit soort investeringen. Door het verplicht activeren, worden de lasten uitgesmeerd over meerdere jaren en ontstaat er in de eerste jaren tijdelijke begrotingsruimte. Begrotingsruimte is niet hetzelfde als extra geld. Voor het benutten van deze begrotingsruimte moet de gemeente geld lenen. De gevolgen daarvan zijn dat er extra rentekosten moeten worden gedekt in de begroting en dat op termijn de lening moet worden afgelost.

Om het risico op overschrijding van het begrotingskader op langere termijn te minimaliseren, wordt een strikt kader voor het benutten van deze begrotingsruimte gehanteerd. Het voorstel is met de vrijvallende begrotingsruimte een nieuwe reserve, het Transformatiefonds, te vormen. Dit Transformatiefonds wordt ingezet om van overheidswege te interveniëren in het wegnemen van belemmeringen voor het ontwikkelen van een woningbouwlocatie. Daarbij is een vereiste dat de projecten die ondersteund worden vanuit het fonds aantoonbaar bijdragen aan de verbetering van de (basis)kwaliteit van de fysieke en sociale leefomgeving van de inwoners van de stad.

De onrendabele top van de grondexploitatie kan dan worden gedekt uit het Transformatiefonds. Uit de extra baten die de woningbouw oplevert kunnen de rentekosten worden gedekt en kan worden gereserveerd voor toekomstige investeringen die noodzakelijk zijn door de groei van de stad. Deze reserveringen komen dan in het Investeringsfonds. Om een zuiver gebruik van het Transformatiefonds te garanderen, wordt een stevige governance ingericht. De spelregels en de werking van het fonds worden verder toegelicht in de paragraaf Investeringen.

In navolgende tabel zijn op de eerste regel de financiële effecten van de actualisatie van de kapitaallasten, de gevolgen van de wijziging in de BBV en de vorming van het Transformatiefonds opgenomen. Daaronder zijn de overige in deze begroting verwerkte intensiveringen opgenomen.

(Bedragen * € 1.000)

2017

2018

2019

2020

Actualisatie Kapitaallasten en vorming Transformatiefonds

17

-988

-1.378

-426

Zomerschool

160

160

160

160

Dekking uit budget jeugdzorg

-160

-160

-160

-160

Structurele inzet jeugdboa's

425

425

425

425

Dekking uit budget Maatschappelijke Ontwikkeling

-425

-425

-425

-425

Onderhoud onderwijshuisvesting ivm. zorgplicht

100

100

100

100

Uitbreiding juridische capaciteit bij handhaving kinderopvang.

76

76

76

76

Extra formatie bedrijfsvoering

729

648

648

648

Dekking uit budgetten Maatschappelijke Ontwikkeling

-403

-403

-403

-403

Dekking uit budgetten Stedelijke Ontwikkeling

-235

-235

-235

-235

Amendement E Monumentensubsidie

65

0

0

0

349

-802

-1.192

-240

Tabel 4 Intensivering staand en nieuw beleid 2017-2020

Zomerschool
Bij de Kadernota is motie 53 aangenomen die oproept om de zomerschool in stand te houden. De motie ondersteunt de ambitie van de gemeente om kwaliteit van onderwijs te verbeteren en onderwijsachterstanden terug te dringen. Het in stand houden kost de gemeente jaarlijks € 0,16 miljoen. Het budget voor jeugdzorg biedt ruimte om dit op te vangen. De benodigde middelen voor de zomerschool worden daarom vanaf 2017 uit het budget jeugdzorg gedekt.

Structurele inzet jeugdboa’s
Op verzoek van uw Raad is er in juni 2015 een pilot van een jaar met jeugdboa’s gestart die op 1 juni 2016 afliep. Evaluatie van de pilot wijst uit dat de inzet van jeugdboa’s een meerwaarde heeft in de ketenaanpak. Gezien de omvang van Zaanstad en de mogelijke uitbreiding van aandachtsgroepen wordt voorgesteld om de pilot met de jeugdboa’s structureel in te gaan zetten en uit te breiden van 4 naar 6 fte’s. De structurele kosten van het voorstel bedragen € 0,43 miljoen. De kosten van dit voorstel voor 2017 worden gedekt binnen bestaand budget Maatschappelijke Ontwikkeling.

Onderhoud onderwijshuisvesting
Schoolbesturen ontvangen sinds 2015 rechtstreeks van het Rijk, als onderdeel van de lumpsum, een genormeerde vergoeding voor onder meer onderhoud. In navolging daarvan zijn de kosten voor onderhoud voor de gemeente flink afgenomen. Er blijven zich echter kosten voordoen die verband houden met de zorgplicht. Het gaat dan om gebouwen die (nog) niet gebruikt worden als onderwijslocatie of die strategisch worden aangehouden als achtervang. Jaarlijks gaat het om een bedrag van € 0,1 miljoen.

Uitbreiding juridische capaciteit bij handhaving kinderopvang
Om te kunnen voldoen aan de wettelijke taken in het kader van handhaving kinderopvang, wordt 1 fte juridisch (beleids)medewerker aan de formatie toegevoegd. Daarmee kan handhaving effectiever plaatsvinden en de gemeente voldoen aan de voorschriften van de Onderwijsinspectie.

Extra formatie bedrijfsvoering
Bij de kadernota is een voorbehoud gemaakt dat de komst van nieuwe taken (en nieuwe taken die in het verleden al zijn opgevangen) mogelijk extra ondersteuning vraagt. Het gaat daarbij om de ondersteuning in de sectoren Personeel & Organisatie, Accounting & inkoop, een inkoopadviseur ten behoeve van het sociale domein, control specialisten voor sectoroverstijgende en complexe dossiers als vluchtelingen, 3 D’s en MAAK.Zaanstad en een communicatiespecialist voor MAAK.Zaanstad.
De extra kosten voor ondersteuning van deze nieuwe taken op het gebied van bedrijfsvoering worden grotendeels gedekt binnen budgetten voor deze nieuwe taken (onder andere decentralisaties en fysieke projecten).