Bij het programma regeldruk zijn op het terrein van efficiëntie en het schrappen van overbodige en tegenstrijdige regels de belangrijkste doelstellingen gerealiseerd en wordt niet meer veel ruimte verwacht. Op het terrein van het maken van betere regels (geen overbodige regels, minder tegenstrijdige regels. Waar het gaat om ruimte voor maatwerk binnen de regels) en het hanteren van de menselijke maat bij zowel de toepassing van regels en bij (dreigende) conflicten is de informele methode inmiddels breed door de organisatie omarmd. Er is nog meer te bereiken als de ervaring met deze methode toeneemt. De verbetering is te zien in de daling van het aantal bezwaarschriften bezwaar- en beroepszaken in het ruimtelijke zakendomein, al speelt het relatief lage aantal bouwprojecten van de afgelopen tijd ook een rol.
De opgave van de gemeente voor deze periode ligt nu vooral bij het omgaan met de verschillende rollen van de overheid en in het bijzonder met de meervoudigheid daarvan: soms moeten we regels stellen, soms ruimte bieden en andere keren is een actieve overheid nodig om ontwikkelingen van de grond te krijgen en steeds vaker moeten we de verschillende rollen afwisselen per onderwerp of fase. De afgelopen jaren hebben wij hiermee veel geëxperimenteerd. We komen nu in de fase dat wij de verschillende rollen veel meer ‘gewoon’ onderdeel van ons werk maken. De experimenten pasten goed binnen programmasturing. Maar het sturen op het vergroten van de competenties om met de informele werkwijze te werken én om te gaan met meervoudige sturing vraagt een aanpak binnen de lijn, waarbij reflecteren en leren een belangrijke plek dienen te moeten krijgen. Daarmee bouwen wij voort op en geven wij invulling aan het speerpunt dat in de laatste kadernota is genoemd onder de noemer ‘besturen en organiseren’. De activiteiten rond verminderen regeldruk, informele werkwijze, mediation en het omgaan met verschillende sturingsrollen en instrumenten wordt daarmee in de lijn gebracht.